Het pad dat leidt naar autonomie
Waar je ook woont, hoe arm of rijk je bent, het maakt niet uit: ieder mens wordt afhankelijk geboren. Als baby heb je zorg en liefde van je ouders nodig. Je bent afhankelijk van hen, want zonder de hulp van een volwassene overleef je je babytijd niet. Je hecht je aan je opvoeders en vindt hen het belangrijkste in jouw leven.
Tijdens het opgroeien leer je voortdurend dingen zelf te doen. Je wordt stapje voor stapje een beetje autonomer zoals we dat noemen. Je leert bijvoorbeeld kruipen, lopen, fietsen en autorijden. Hierdoor wordt je wereld steeds groter. Je ontwikkelt je eigen smaak en voorkeuren, je kiest je eigen vrienden en opleiding. Zo geef je in die groter wordende wereld jouw eigen leven vorm. Je denkt en doet op de manier die jij het beste bij jezelf vindt passen; je loopt je eigen pad naar volwassenheid.
Als je als volwassene los van de mening van een ander keuzes durft te maken, je prima voelt in het bijzijn van anderen, maar ook alleen kunt zijn, dan kun je stellen dat je het pad van baby naar volwassenheid goed hebt afgelegd. Je bent een autonoom mens geworden. Autonome mensen hebben een eigen identiteit, ze weten wat ze willen, wat ze nodig hebben en ze durven dit te uiten.
Wat als je niet zo autonoom bent?
Veel mensen ervaren problemen met autonomie. Vaak zijn deze mensen (soms onbewust) veel hobbels en kuilen tegengekomen op hun pad naar volwassenheid, waardoor de ontwikkeling van de eigen identiteit niet goed is verlopen.
Als je niet goed weet wat je wilt en wat je nodig hebt en/of hier niet om durft te vragen, dan kun je last krijgen van allerlei psychische klachten. Wetenschappelijk onderzoek heeft bewezen dat er een verband is tussen stress-, angst- en stemmingsklachten, eetstoornissen, antisociaal gedrag en onvoldoende autonomieontwikkeling. De ontwikkeling naar volwassenheid, of het pad zoals we dat eerder noemden, is ongezond of onvolledig afgelegd. De oorzaken hiervoor vinden we terug in allerlei vormen en zijn voor ieder mens net zo verschillend als het pad zelf. Zie de oorzaken maar als hobbels en kuilen op het pad.
Waar bestaat autonomie uit?
Autonomie bestaat uit de onderdelen ‘zelfbewustzijn’, ‘gevoeligheid voor anderen’ en ‘het vermogen om nieuwe situaties te hanteren’.
- Zelfbewustzijn
- Bewust van je eigen mening; je weet wat je vindt
- Weten wat je nodig hebt; je weet wat je wilt
- Jezelf uitspreken; je durft je mening te uiten en te vragen wat je wilt - Gevoeligheid voor anderen
- Open staan voor de denkwijze van een ander
- Begrijpen wat een ander wil; je kunt bedenken dat behoeftes en meningen verschillen
- Kunnen meevoelen met anderen; je kunt invoelen wat een ander ervaart
- Zowel gezelschap als alleen-zijn kunnen waarderen - Vermogen om nieuwe situaties te hanteren
- Nieuwe situaties durven aangaan en je hier vrij snel goed bij voelen
- Je flexibel en open kunnen opstellen naar een nieuwe omgeving
In de praktijk komt het vaak voor dat mensen met psychische problemen, waaronder hechtingsproblemen:
- (zeer) laag scoren op ‘zelfbewustzijn’
- (zeer) hoog scoren op ‘gevoeligheid voor anderen’
- benedengemiddeld scoren op ‘het vermogen om nieuwe situaties te hanteren’
Hoe onderzoek je of iemand autonoom is?
Met een speciale vragenlijst, de Autonomie en Gehechtheidsschaal (AGS), kunnen we onderzoeken of iemand voldoende autonoom is. Daarnaast kunnen we de vragenlijst ook na een behandeling inzetten, om te kijken of de behandeling effect heeft gehad op de autonomieontwikkeling.
Kun je autonomer worden als je al volwassen bent?
Ook als je al volwassen bent, kun je autonomer worden. Eigenlijk is er aan het einde van het pad naar volwassenheid, altijd een auto(nomie)weggetje naar links of rechts. De vraag om autonomer te worden is een goede hulpvraag, die in sommige gevallen direct in contact staat met de bron van alle psychische problemen die je ervaart.